Volgens opgave van UWV gaat het in het eerste halfjaar van 2016 in 20,8% van de mensen, die een WW-uitkering aanvragen, om een ontslag met een vaststellingsovereenkomst. Bij ontslag, na verkregen toestemming van UWV, of ontbindingsuitspraak van de Kantonrechter liggen deze percentages beduidend lager (respectievelijk ongeveer 5% en 0,5%).
Terzijde: Het overgrote deel van de WW-aanvragen komt dus voor rekening van faillissementen, of het eindigen van bepaalde tijd arbeidsovereenkomsten (flexcontracten). In die zaken komt een ontslagprocedure of ontslag met een vaststellingsovereenkomst niet aan de orde.
Ook in absolute zin neemt het aantal ontslagprocedures bij UWV en ontbindingsprocedures bij de Kantonrechter substantieel af.
Uit het bovenstaande volgt dat bij het ontslag van een medewerker met een dienstverband voor onbepaalde tijd in veruit de meeste gevallen gekozen wordt voor een vaststellingsovereenkomst.
De vaststellingsovereenkomst biedt voordelen ten opzichte van een ontslagprocedure bij UWV of de Kantonrechter:
Ontslagprocedure (UWV of kantonrechter) | Vaststellingsovereenkomst |
---|---|
Onderbouwen aanvragen | Geen onderbouwing nodig |
6 tot 8 weken proceduretijd | (Gem.) 2 weken onderhandelingstijd |
Hogere juridische advieskosten | Geen tot weinig juridische advieskosten |
Onzekere uitkomst | Zekere uitkomst |
UWV wijst 14% van alle ontslagaanvragen af. De Kantonrechter wijst 38% van alle ontbindingsverzoeken af.
De procedure bij UWV en die bij de Kantonrechter leiden in de meeste gevallen tot dezelfde ontslagvergoeding, namelijk de wettelijke transitievergoeding. Alleen in bijzondere gevallen is de uitkomst hoger of langer.
Het praktisch nut van ontslagprocedures is vooral dat het de werkgever en werknemer een handvat geeft zelf het ontslag te regelen. Als ontslagvergoeding spreken ze dan meestal een kleine plus bovenop de wettelijke transitievergoeding af.